Blogopmaak

De Frans Jacobsweg

Er zijn namen in de omgeving die een bekende klank hebben, maar waarvan de betekenis niet voor iedereen duidelijk is. De Frans Jacobsweg is zo’n naam. Een naam die een oude oorsprong heeft, maar de vraag opriep waar deze naam vandaan komt.


De naam van de Frans Jacobsweg is afgeleid van de Frans Jacobs Polder. Dat is duidelijk. Maar wie was nu eigenlijk Frans jacobs? Een van de grafstenen in de Nederlandse Hervormde Kerk draagt dezelfde naam, Het opschrift geeft in ieder geval wat aanknopingspunten. Frans Iacobs Hagen 1665 staat erop. Daaronder de letters: T.V.D.B.

De steen geeft naast antwoorden, ook vragen. Er blijkt uit dat zijn achternaam Hagen was. Maar wat betekenen de letters? Was het zijn vrouw, vriendin of huishoudster? Is er later iemand anders in het graf begraven? Er is geen naam te vinden wie het zou kunnen zijn.

Het jaartal 1665 geeft waarschijnlijk het jaar weer waarin hij is overleden. Dat is aannemelijk omdat uit het archief van het Hoogheemraadschap van de Bunschoter Veen- en Veldendijk blijkt, dat hij van 1660 tot 1665 hoogheemraad was. Dezelfde lijst geeft weer dat ene Frans Jacobsz., dus zonder Hagen, hoogheemraad was in 1628. Deze Frans wordt nog datzelfde jaar penningmeester van het Hoogheemraadschap. Dat bleef hij tot 1638. Was het dezelfde persoon? Het kan qua leeftijd en het lijkt ook waarschijnlijk.

Het archief geeft verder aan dat Frans Jacobsz collectioneur was. Dat was iemand die het zogenaamde Zeedijksgeld, zeg maar de waterschapslasten, moest innen en dat vervolgens moest afdragen aan de penningmeester.

Zijn deze activiteiten voldoende geweest om een polder naar hem te vernoemen? In de geschiedenis van het Hoogheemraadschap zijn er veel meer penningmeesters geweest en naar hen is geen polder vernoemd. Wellicht is er nog een andere reden voor geweest. Maar dat blijft verborgen in de nevelen van de historie.


Ligging

De Frans Jacobs Polder lag volgens de kaart van de Eemlandtsche Leege Landen van 1666, ongeveer tussen de Talmastraat en de Boompjes. En verder vanaf de Spakenburger gracht tot aan de Eemdijk. Ingeklemd tussen de Noorderpolder en de Bickerspolder.

De polder werd oorspronkelijk de ‘polder van Ghijs Sluymerssluis’ genoemd. Die naam was afkomstig van een sluis in de Eemdijk. Vaak werden die sluizen genoemd naar de persoon die erbij woonde. In 1649 wordt deze polder nog zo genoemd. Dat betekent dat de naam tussen 1649 en 1666 is gewijzigd.

In 1663 werd opdracht gegeven voor het maken van de polderkaart. Het kan zijn dat Frans Jacobs de vervaardiger van de kaart heeft voorzien van informatie. Hij wist immers precies van wie welk perceel was. Was de vermelding op de kaart de dank? Het kan zijn temeer daar Frans Jacobs in 1665 overleed en op dat moment de laatste werkzaamheden aan de kaart plaatsvonden. Maar dat zijn slechts veronderstellingen.

Feit is wel dat de Frans Jacobs Polder nooit een eigen waterschap is geworden zoals bij de Noorderpolder en de Bickerspolder wel het geval was.


Frans Jacobsweg

De Frans Jacobsweg is nog niet zo heel oud. Ze werd aangelegd in 1948 en sloot aan op de Huijgenlaan. Dwars door de polder die in die tijd met de aanleg van verschillende wegen werd ontsloten. Het is een nagenoeg rechte weg die alleen meebuigt met de kromming die in de percelen weiland zit.

De naam Frans Jacobsweg werd kort na de aanleg aan de weg toegekend. Een heel toepasselijke naam want de weg liep vrijwel in het midden van deze oude polder. In het spraakgebruik was het lange tijd de Huijgenlaan. Pas na de bouw van woningen aan het oostelijke deel van de weg, veranderde dat. 

Arie ter Beek • mrt. 08, 2021

Overige artikelen

door Arie ter Beek 24 apr., 2024
Titelpagina Van Bunschoten family
door Arie ter Beek 12 mrt., 2024
Defile van de afdeling in 1928 in Den Haag
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Wat is Eemsnoer en de Canon van de Eem
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
Eembrugge op een kaart van rond 1750
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Voorbeeld van een draaipaal of springstok
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
De haven van Eemnes
door Arie ter Beek 18 dec., 2023
Het Raboes vanuit de lucht 
door Arie ter Beek 13 dec., 2023
In de tijd dat de Zuiderzee nog bestond, was het in het donker moeilijk om de Eem te vinden. Volgens oude bronnen werd al in 1696 een lantaarn aan de westkant van de monding geplaatst. Dat heeft vast iets geholpen, maar afdoende was het niet. In de Bunschoter van 4 februari 1972 lezen we dat Renger Boelhout op dat moment verantwoordelijk was voor het ontsteken van de lichten langs de Eem. Zijn vader en grootvader deden dat voor hem al vanaf 1851. Was er oorspronkelijk alleen een lantaarn aan de westkant. Dat veranderde pas in 1931. In die tijd vond een flinke verbetering van de Eem plaats en daarbij ook het verbeteren van de verlichting. Er werden aan beide zijden aan de monding Eem mast geplaatst met daarop een lantaarn. Ook landinwaarts kwamen er twee lichtopstanden. De achterste had een hoogte van 17 meter en de voorste had gerekend vanuit zee een hoogte van 10 meter. Stonden die twee geleidelichten zoals ze ook wel werden genoemd, in een lijn, dan wist de schipper dat hij recht voor de Eem voer. Op zich natuurlijk een flinke verbetering, maar verder langs de Eem werd niets geplaatst. Dat betekende dat een schipper in het donker maar moest ontdekken waar de vele bochten in de Eem waren. De lichtopstanden waren grote vierkante masten die echt iets weg hadden van vuurtorens. In het midden van de mast zat een trap waardoor bij het licht kon worden gekomen. Ergens eind jaren 1970 zijn de masten vervangen door lichten op een soort van lantaarnpaal. Die zijn niet meer als een vuurtoren te zien.
door Arie ter Beek 12 dec., 2023
Voorbeeld van een draaipaal
door Arie ter Beek 02 nov., 2023
Detail van de bouwtekening uit 1923
Meer berichten
Share by: