Blogopmaak

De eerste steen van Eemlandia

Onlangs werd in de Bunschoter een foto geplaatst die was gemaakt bij het inmetselen van de gedenksteen in Eemlandia. Dat leverde de vraag op hoe het kon dat de gedenksteen op de foto links in de gevel was geplaatst terwijl die tegenwoordig links naar de deur zit. Een goeie vraag die simpel is te beantwoorden, maar waar toch een heel verhaal achter zit.

Op de betreffende foto poseert de voorzitter van het bestuur van Eemlandia, Zeger van Twillert, trots bij de zojuist door hem geplaatste gedenksteen. Dat was op 30 juli 1918. Kijkend naar de foto, valt het op dat de indeling van de gevel ook heel anders is dan de huidige situatie. Namelijk enkele smalle hoge kozijnen aan weerszijden van de ingang waar nu breed kozijnen aanwezig zijn. Deze situatie is, voor zover bekend, alleen te zien op deze foto en op het briefhoofd dat Eemlandia altijd heeft gevoerd. Op alle andere foto’s is de gedenksteen direct naast de deur te zien en is ook de gevelindeling zoals die nu nog altijd is.

De verklaring daarvoor is eenvoudig. In 1928 brandde de fabriek af en behalve de schoorsteen en de paardenstal, was er van het gebouw niet veel meer over. Het geheel moest worden herbouwd en dat is grotendeels in dezelfde stijl gebeurd. Alleen maakte men van de gelegenheid gebruik om de fabriek groter terug te bouwen. Dat wil zeggen dat de fabriek aan de voorkant vier meter in de richting van de Veenestraat werd uitgebreid. Het plan voor de herbouw werd niet door de oorspronkelijke architect S.F. Hoekstra gemaakt, maar door de plaatselijke architect Hendrik Dekkers. Die gaf de fabriek aan de voorkant een heel ander gezicht. Hij plaatste ook de gedenksteen direct naast de hoofdingang. Naar het waarom kan alleen maar worden geraden. Maar dat is de reden dat de gedenksteen nu op een andere plaats. Overigens ook bijzonder dat van de fabriek zoals die tot 1928 bestond, nooit een foto is gemaakt. Althans dat er (nog ?) nooit een foto van bekend is geworden.


De gedenksteen

De fraai vormgegeven gedenksteen vermeld de namen van de bestuursleden, de directeur, de architect en de aannemer. Letterlijk is de tekst:

‘De eerste steen gelegd den 30 Juli 1918 door den voorzitter 

Z. van TWILLERT Kz voorz. 

P. POORT secr.

J. van de GEEST penningm.

H. van TWILLERT Az

Z. van TWILLERT Az

W. POORT

J. ter BEEK Pz

W. BEEKHUIS Az

M. NAGEL Hz

TJ. HOOGKAMP Dir

S.F. HOEKSTRA Architect

Gebouwd door Firma H. DEKKERS.

Arie ter Beek • sep. 08, 2021

Overige artikelen

door Arie ter Beek 24 apr., 2024
Titelpagina Van Bunschoten family
door Arie ter Beek 12 mrt., 2024
Defile van de afdeling in 1928 in Den Haag
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Wat is Eemsnoer en de Canon van de Eem
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
Eembrugge op een kaart van rond 1750
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Voorbeeld van een draaipaal of springstok
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
De haven van Eemnes
door Arie ter Beek 18 dec., 2023
Het Raboes vanuit de lucht 
door Arie ter Beek 13 dec., 2023
In de tijd dat de Zuiderzee nog bestond, was het in het donker moeilijk om de Eem te vinden. Volgens oude bronnen werd al in 1696 een lantaarn aan de westkant van de monding geplaatst. Dat heeft vast iets geholpen, maar afdoende was het niet. In de Bunschoter van 4 februari 1972 lezen we dat Renger Boelhout op dat moment verantwoordelijk was voor het ontsteken van de lichten langs de Eem. Zijn vader en grootvader deden dat voor hem al vanaf 1851. Was er oorspronkelijk alleen een lantaarn aan de westkant. Dat veranderde pas in 1931. In die tijd vond een flinke verbetering van de Eem plaats en daarbij ook het verbeteren van de verlichting. Er werden aan beide zijden aan de monding Eem mast geplaatst met daarop een lantaarn. Ook landinwaarts kwamen er twee lichtopstanden. De achterste had een hoogte van 17 meter en de voorste had gerekend vanuit zee een hoogte van 10 meter. Stonden die twee geleidelichten zoals ze ook wel werden genoemd, in een lijn, dan wist de schipper dat hij recht voor de Eem voer. Op zich natuurlijk een flinke verbetering, maar verder langs de Eem werd niets geplaatst. Dat betekende dat een schipper in het donker maar moest ontdekken waar de vele bochten in de Eem waren. De lichtopstanden waren grote vierkante masten die echt iets weg hadden van vuurtorens. In het midden van de mast zat een trap waardoor bij het licht kon worden gekomen. Ergens eind jaren 1970 zijn de masten vervangen door lichten op een soort van lantaarnpaal. Die zijn niet meer als een vuurtoren te zien.
door Arie ter Beek 12 dec., 2023
Voorbeeld van een draaipaal
door Arie ter Beek 02 nov., 2023
Detail van de bouwtekening uit 1923
Meer berichten
Share by: