Blogopmaak

Binnengracht of Spakenburger Gracht

De weg en de gracht naar Spakenburg

Onlangs was in het nieuws dat de gemeente een projectvisie voor de Binnengracht gaat opstellen. Dat kan mooi zijn, maar nog mooier was het als de werkelijke naam van de gracht wordt gebruikt. De officiële naam is immers Spakenburger Gracht. Dat wil zeggen de gracht naar Spakenburg. Een voor de hand liggende naam want vanaf de stad Bunschoten was dit immers de gracht naar Spakenburg. Zoals de Molenstraat vroeger de naam had van Spakenburgerweg West en aan de oostkant van Spakenburgerweg Oost.

Een mooie naam voor de gracht die oorspronkelijk veel langer en breder dan wat er nu nog van over is. De gracht is heel oud. Voor het ontstaan van de gracht moeten we diep in de geschiedenis duiken. De ‘as’ Veenestraat‑Dorpsstraat- Spakenburger Gracht wordt wel gezien als basis van waaruit de ontginning van het gebied plaatsvond. Al verschillen de meningen daarover, maar dat is een ander verhaal. De Spakenburger Gracht sloot niet aan op de wetering die langs de Veenestraat werd gegraven omdat het hoger gelegen ‘eiland’ Bunschoten er tussen lag. Komend uit het zuiden week de watergang nog voor hij het eiland bereikte, uit naar het westen en volgde waarschijnlijk de bedding van een kreek. Dat moet een verlengstuk zijn geweest van kreken die in het Hooglandse deel van het gebied waren ontstaan.

De watergang volgde de westelijke en oostelijke rand om het eiland en nam ten noorden van het ‘eiland’ weer min of meer kaarsrecht dezelfde richting aan als in het zuiden. De watergang die ten noorden van het eiland Bunschoten naar het noorden liep werd de Spakenburger Gracht. Eigenlijk begon de gracht dus daar waar de stadsgracht ophield en dat was bij het Kaspuitje. Dat was een soort spuispluisje ongeveer ter hoogte van het huidige Stadsspui waar ooit de haven van Bunschoten lag.

Ergens in de twintigste eeuw is de naam Binnengracht (Binnegrâft) in gebruik geraakt. Het waarom is niet te achterhalen. Een veronderstelling kan zijn dat de naam van de gracht is ontstaan nadat in en kort na de Tweede Wereldoorlog twee ringweteringen om de bebouwde kommen van Bunschoten en Spakenburg zijn aangelegd. Weteringen die aansloten op de oude Stadsgracht in het westen en de gracht aan de oostzijde van de oude stad Bunschoten. Dat waren buitengrachten maar het is de vraag of ze ooit zo werden genoemd.

Het schijnt zelfs zo te zijn dat de benaming Binnengracht al in het begin van de jaren 1930 in gebruik was. In die tijd was er nog helemaal geen sprake van de ringweteringen. Kortom, het is onduidelijk waar de verbastering van de naam Spakenburger Gracht in Binnengracht, vandaan komt. Historisch gezien is de laatste naam in ieder geval volstrekt onjuist.

Overigens is er ook onduidelijkheid over de naam zelf. Op kadastrale kaarten die in 1832 zijn gemaakt, is er sprake van Spakenburgse Gracht. Een benaming die verder nergens voorkomt. In de archieven van de waterschappen is het wel steeds de Spakenburger Gracht.



Arie ter Beek • okt. 25, 2023

Overige artikelen

door Arie ter Beek 24 apr., 2024
Titelpagina Van Bunschoten family
door Arie ter Beek 12 mrt., 2024
Defile van de afdeling in 1928 in Den Haag
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Wat is Eemsnoer en de Canon van de Eem
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
Eembrugge op een kaart van rond 1750
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Voorbeeld van een draaipaal of springstok
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
De haven van Eemnes
door Arie ter Beek 18 dec., 2023
Het Raboes vanuit de lucht 
door Arie ter Beek 13 dec., 2023
In de tijd dat de Zuiderzee nog bestond, was het in het donker moeilijk om de Eem te vinden. Volgens oude bronnen werd al in 1696 een lantaarn aan de westkant van de monding geplaatst. Dat heeft vast iets geholpen, maar afdoende was het niet. In de Bunschoter van 4 februari 1972 lezen we dat Renger Boelhout op dat moment verantwoordelijk was voor het ontsteken van de lichten langs de Eem. Zijn vader en grootvader deden dat voor hem al vanaf 1851. Was er oorspronkelijk alleen een lantaarn aan de westkant. Dat veranderde pas in 1931. In die tijd vond een flinke verbetering van de Eem plaats en daarbij ook het verbeteren van de verlichting. Er werden aan beide zijden aan de monding Eem mast geplaatst met daarop een lantaarn. Ook landinwaarts kwamen er twee lichtopstanden. De achterste had een hoogte van 17 meter en de voorste had gerekend vanuit zee een hoogte van 10 meter. Stonden die twee geleidelichten zoals ze ook wel werden genoemd, in een lijn, dan wist de schipper dat hij recht voor de Eem voer. Op zich natuurlijk een flinke verbetering, maar verder langs de Eem werd niets geplaatst. Dat betekende dat een schipper in het donker maar moest ontdekken waar de vele bochten in de Eem waren. De lichtopstanden waren grote vierkante masten die echt iets weg hadden van vuurtorens. In het midden van de mast zat een trap waardoor bij het licht kon worden gekomen. Ergens eind jaren 1970 zijn de masten vervangen door lichten op een soort van lantaarnpaal. Die zijn niet meer als een vuurtoren te zien.
door Arie ter Beek 12 dec., 2023
Voorbeeld van een draaipaal
door Arie ter Beek 02 nov., 2023
Detail van de bouwtekening uit 1923
Meer berichten
Share by: