Blogopmaak

Straatwerk bij de Steiger

In 1977 werden tijdens rioolwerkzaamheden op de kruising Dorpsstraat Kostverloren zware funderingen van baksteen gevonden. Op basis van de baksteenformaten werd de fundering als middeleeuws (14de  15de eeuw) bestempeld. “Hoewel geen zekerheid bestaat over de functie van deze fundering en het muurwerk dat er ongetwijfeld op stond, is het niet onmogelijk dat we hier voor het eerst te maken hebben met resten van de middeleeuwse stadsmuur of van een binnenpoort der stad Bunschoten”, staat in het verslag in de krant. De voet van de fundering had een breedte van meer dan drie meter. In het midden was een kolom natuurlijk veen blijven staan, waarop plankjes lagen. De functie van de plankjes is onduidelijk, maar kan als basis voor een veel lichtere fundering hebben gediend. De overige fundering stond op het zand, op een diepte van meer dan drie meter onder (huidig) straatniveau. Op de verschillende situatieschetsen is te zien dat aan de noordzijde van de muur een waterloop tegen de fundering / muur lag. Aangezien de funderingen op de kruising met het Kostverloren niet aan de rand van stad lagen, maar er binnen in, hebben we hier vermoedelijk met een binnenpoort te maken. Als dit namelijk de stadsmuur of hoofdpoort was geweest, dan had een deel van de stad niet binnen de muur gelegen en dat is vrij ondenkbaar. De noordelijke hoofdpoort heeft verder noordelijk of noordoostelijk gelegen. Ook gelet op de topografische situatie is dit een logische veronderstelling, aangezien de doorgaande route naar het oosten via de Smeerweg liep.

Arie ter Beek • mrt. 21, 2022

Overige artikelen

door Arie ter Beek 24 apr., 2024
Titelpagina Van Bunschoten family
door Arie ter Beek 12 mrt., 2024
Defile van de afdeling in 1928 in Den Haag
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Wat is Eemsnoer en de Canon van de Eem
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
Eembrugge op een kaart van rond 1750
door Arie ter Beek 09 jan., 2024
Voorbeeld van een draaipaal of springstok
door Jaap Groeneveld 09 jan., 2024
De haven van Eemnes
door Arie ter Beek 18 dec., 2023
Het Raboes vanuit de lucht 
door Arie ter Beek 13 dec., 2023
In de tijd dat de Zuiderzee nog bestond, was het in het donker moeilijk om de Eem te vinden. Volgens oude bronnen werd al in 1696 een lantaarn aan de westkant van de monding geplaatst. Dat heeft vast iets geholpen, maar afdoende was het niet. In de Bunschoter van 4 februari 1972 lezen we dat Renger Boelhout op dat moment verantwoordelijk was voor het ontsteken van de lichten langs de Eem. Zijn vader en grootvader deden dat voor hem al vanaf 1851. Was er oorspronkelijk alleen een lantaarn aan de westkant. Dat veranderde pas in 1931. In die tijd vond een flinke verbetering van de Eem plaats en daarbij ook het verbeteren van de verlichting. Er werden aan beide zijden aan de monding Eem mast geplaatst met daarop een lantaarn. Ook landinwaarts kwamen er twee lichtopstanden. De achterste had een hoogte van 17 meter en de voorste had gerekend vanuit zee een hoogte van 10 meter. Stonden die twee geleidelichten zoals ze ook wel werden genoemd, in een lijn, dan wist de schipper dat hij recht voor de Eem voer. Op zich natuurlijk een flinke verbetering, maar verder langs de Eem werd niets geplaatst. Dat betekende dat een schipper in het donker maar moest ontdekken waar de vele bochten in de Eem waren. De lichtopstanden waren grote vierkante masten die echt iets weg hadden van vuurtorens. In het midden van de mast zat een trap waardoor bij het licht kon worden gekomen. Ergens eind jaren 1970 zijn de masten vervangen door lichten op een soort van lantaarnpaal. Die zijn niet meer als een vuurtoren te zien.
door Arie ter Beek 12 dec., 2023
Voorbeeld van een draaipaal
door Arie ter Beek 02 nov., 2023
Detail van de bouwtekening uit 1923
Meer berichten
Share by: